Inspiratie overvalt haar vaak op de meest onverwachte momenten, zoals vanochtend.
Ze heeft zich met haar breiwerk en kopje thee op de bank geïnstalleerd om naar het radioprogramma De Taalstaat te luisteren. De eerste gast is Robert Chamalaun, voorzitter van de vereniging Levende Talen Nederlands.
Hij vertelt over het W.F. Hermans-jaar. Om zijn 100ste geboortedag te vieren organiseert deze vereniging een schrijfwedstrijd voor scholieren vanaf klas 3 van vmbo, havo en vwo. Er is een lesbrief te downloaden met onder andere enkele citaten van de schrijver ter inspiratie. Vervolgens leest hij het volgende citaat voor:
Soms droom ik van een zwart bewegen,
Ver, heel ver onder mij gelegen
En van een draad, waaraan ik hang.
Ik val, kom in mijn val jou tegen
de armen neerhangend, al roep ik: Vang!
Uit: Kussen door een rag van woorden. Gedichten.
(Juli/agustus/september 1944)
De woorden raken haar en impulsief zoekt ze dan ook meteen de tekst op. Om met een paar woorden zo veel te kunnen zeggen, ontroert haar.
Hoe kan zij zich ooit schrijver noemen. De gedachte alleen al geeft een steek van pijn en emotie. Zij wil dat ook kunnen. Jaloezie borrelt op.
Ze zet de radio uit en gaat achter de computer zitten. De woorden die W.F. Hermans zo lang geleden geschreven heeft, geven haar nu woorden en ze schrijft:
Durf te gaan naar het zwart bewegen,
durf te verlangen naar wat anderen kunnen
durf te vallen, verder
dan je denkt dat kan. Vind
in de onpeilbare diepte die
van iedereen is, woorden
die door jou geschreven
willen worden.
Val samen
Henriëtte
