In deze tijd van donkerte en narigheid, vind ik de lichtpuntjes van het leven dichtbij.
Vandaag mogen we weer oppassen op onze kleindochter Emely. Met vertedering kijk ik naar haar guitige snoetje. De korte blonde haarsprietjes laten zich nog niet in het gareel borstelen en staan grappig rechtop op het kleine bolletje.
Mama Dorien heeft de wandelwagen binnengezet. Als het mooi weer is gaan we straks lekker naar buiten met z’n drietjes. Dorien heeft nog een grote tas vol met spulletjes voor Emely. Het is nogal wat. Naast luiers, heeft ze ook extra rompertjes een jurkje en sokjes ingepakt voor noodgevallen. Verder zit er in de tas: babyvoeding voor de hele dag, slabbetjes, speentjes en speeltjes. En de knuffeltjes zijn belangrijk voor als ons meisje gaat slapen. Dorien geeft haar spruit een knuffel. ’Dag lieverd, veel plezier bij oma en opa.’ Ze zwaait nog een keer naar ons en weg is ze.
Nu hebben we onze kleindochter de hele dag voor ons alleen. Heerlijk.
Dirk en ik zitten tegenover elkaar aan de keukentafel en de tien maanden oude Emely ligt op haar buikje tussen ons in. Zo beweeglijk als ze is grijpt ze alles wat ze ziet. Schaterend draait ze rond en rond en probeert ze de speeltjes te pakken die we haar voorhouden. Wij hebben er ook plezier in.
Dan is het tijd voor haar fruithapje en ik zet ons meisje in haar kinderstoel. Ze kraait van plezier in haar babytaaltje: ‘Brrr, aaach, oooh, ieieblabla.’ Zo hard als ze maar kan. ‘Ja, je hebt helemaal gelijk,’ antwoord ik lachend terwijl ik haar het lepeltje met geprakte banaan voorhoud. ‘Blabla pfff,’ kletst ze verder. Tussen haar gebrabbel door, stuur ik het lepeltje fruit naar haar mondje, maar ik kan niet voorkomen dat de stukjes banaan in het rond vliegen.
Het lijkt alsof ze weer nieuwe energie heeft gekregen. Haar beentjes gaan omhoog. Die sokken moet ze niet en hup daar vliegt er al een door de lucht. Niet belangrijk en met een soepele beweging brengt ze haar voetje in haar mond.
‘Dat doe je haar niet na,’ grijnst Dirk.
‘Nee niet meer, maar jij ook niet,’ kets ik terug.
Alsof ze begrijpt waar we het over hebben, begint ze nog harder te kraaien. Hele verhalen brabbelend in haar babytaal en glunderend maaiend met haar armpjes en beentjes. Droogzwemmend met een perfecte beenslag. Ik blijf me verwonderen over de lenigheid van baby’s.
Nu Emely al wat groter is, wordt het een extra uitdaging om haar te verschonen. Nog niet eens zo lang geleden bleef ze heerlijk stilliggen op het aankleedkussen en was het een makkie, als ervaren moeder en oma, om de nieuwe luier aan te doen. Nu rolt ze alle kanten op en wil allesbehalve stilliggen. Het belangrijkste is de vieze luier weg te krijgen voordat alles onder zit. Het werkje dat vele malen per dag terugkomt, is vandaag de dag wel een stuk eenvoudiger geworden dan vroeger. Geen geprik meer met veiligheidsspelden die je eerst door je haren moest halen zodat de punt gemakkelijker door de dikke lagen katoen gleed. De papieren luiers van nu zijn netjes voorgevouwen en hebben handige plakkertjes. Het zou eenvoudig moeten zijn. Maar wat niet veranderd is, is de beweeglijkheid van baby’s.
Vol energie speelt ons meisje gewoon door op de commode. Ze rolt alle kanten op en probeert de spulletjes te pakken die ik netjes heb klaargelegd voor de verschoning. Ik denk slim te zijn en geef haar als afleiding een haarborsteltje in haar hand. Dat werkt. Ze kijkt geboeid naar de haartjes op het ‘speeltje’ en ik krijg de kans mijn ding te doen. Maar niet voor lang. Op het moment, dat ik een plakkertje vastheb, draait ze plotseling een kwartslag en alles ligt weer op half elf. En ja, je raadt het al, op dat moment komt een plasje dat niet in de daarvoor bestemde luier terechtkomt, maar ernaast. Gelukkig is het rompertje droog gebleven. Na een nieuwe poging lukt het eindelijk om alles weer in orde te krijgen.
‘Zo, Emely, het is klaar. We gaan weer naar opa,’ glimlach ik naar haar en geef haar een wilde knuffel tot ze schaterlacht van plezier.
Oma Willemien