Terwijl ik heerlijk in het zonnetje op een terras in Rooi zit en geniet van een verfrissend drankje, kijk ik naar voorbijgangers: ouders met kinderen, een jongeman met rugzak, lopend met zijn fiets aan de hand, een vrouw die een rolstoel met een een bejaarde man voortduwt. Mijmerend denk ik aan de eerste vakantie zonder mijn ouders. Met mijn vriendinnen mensen kijken in Amsterdam en plezier hebben om niets. Giebelende pubers op een stoepje in de Kalverstraat.
Met een tienertoerkaart van een paar tientjes konden we met de trein het hele land door. Het slaapadres was bij mij thuis. De ouders hadden kennis gemaakt met elkaar en konden gerust zijn dat hun kinderen veilig werden opgevangen.

Mijn kamer hadden we ontruimd en de vloer volgelegd met matrassen en zo sliepen we gezellig met zijn allen op de grond. Nou ja, van slapen kwam niet veel, voornamelijk kletsen “tot in de vroege uurtjes”, vooral die eerste nacht. De nachten erna vielen we meestal van vermoeidheid als een blok in slaap.
Maanden van te voren kwamen we met zijn allen bij elkaar om de details van de vakantie door te spreken: wat nemen we mee, hoe laat vertrekken we, hoe komen we op het dichtstbijzijnde station? Het was een uitdaging en leerzaam om samen te plannen hoe we deze tienertoer gingen invullen. De landkaart van Nederland werd voor de dag gehaald en grondig afgespeurd naar de beste locaties waar we met de trein konden komen. Liefst zo ver mogelijk weg. ‘Ik wil naar de Waddeneilanden, nee Giethoorn is leuk, ik ben nog nooit in Maastricht geweest, de grotten van Valkenburg!’ Ideeën waren er genoeg. Wat was het spannend.
We waren het er over eens dat we de eerste dag naar Amsterdam zouden gaan. We wisten van Monopoly dat er dure winkelstraten in de hoofdstad waren. We wilden wel eens weten wat daar allemaal te zien was. Aangekomen in Amsterdam keken we onze ogen uit. Zittend op ‘ons’ stoepje in de Kalverstraat zagen we de kleurrijkste figuren langskomen: jongeren met grote gekleurde hanenkammen, waarbij ik me afvroeg hoe die piekharen zo recht omhoog konden blijven staan; personen met kettingen en veiligheidsspelden die vastgemaakt waren aan hun gescheurde kleding; mensen met verschillende huidskleuren in extravagante gewaden.
Wat hadden we veel indrukken opgedaan die eerste dag. De treinreis op zich was al een hele belevenis. Gezellig met elkaar kletsen en lachen over wat we allemaal gezien en meegemaakt hadden. We ‘treinden’ tijdens onze toer wat af met zijn allen. Van de ene uithoek van het land naar de andere: de stad Groningen bekijken en poffertjes eten op de Grote Markt, slenteren door de stad Nijmegen, in Maastricht op het Vrijthof een ijsje eten, in Zandvoort de zee in en bakken op het strand. Maar we zorgden ook voor elkaar. Toen Marilou op het strand ziek werd van de hitte, hebben we haar zo goed mogelijk verzorgd en ondersteund op de terugweg naar huis. Het kwam gelukkig goed met haar. Op de vierde dag treinen waren we opeens Ilse kwijt in Maastricht. We liepen door de stad en opeens riep Carola: ‘He,waar is Ilse? Net liep ze nog naast me.’ ‘We moeten haar zoeken!’ riep Trees bezorgd uit. ‘Over twintig minuten moeten we de trein naar Boxtel halen om voor het donker thuis te zijn.’ ‘We zijn net langs een aantal winkels gelopen, laten we terug gaan,’ merkte Ina op. En ja hoor, Ilse kwam net uit een slijterij gelopen en hield een fles wijncognac omhoog. ‘Voor in de trein,’ grinnikte ze triomfantelijk.

‘Opschieten!’, riep ik, ‘we moeten onze trein halen!’ We renden het station van Maastricht binnen, twee trappen op naar perron 4. Gelukkig, hij stond er nog. Pfffff dat was op het nippertje. De ene na de andere coupé zat vol. Opeens riep Marga: ‘Hé, hier is plaats genoeg!’ Ze trok de deuren van een eersteklascoupé open en plofte neer in een van de zachte stoelen. ‘Hé,hé, ik zit’ zuchtte ze. ‘Ja een goede plek, kom erbij meiden!’ Met een ondeugende blik draaide Ilse de dop van de fles wijncognac en nam een flinke slok. Aarzelend volgde de rest haar voorbeeld en de fles ging rond. Dronken zijn we er niet van geworden maar het was allemaal ongelofelijk spannend: de alcohol, de verboden coupé en “zal de conducteur ons betrappen?”
Een van die tienertoerdagen die me in het bijzonder is bijgebleven, is een ’rustdag’. Heel lang uitslapen en later op de dag friet met appelmoes en knakworstjes. Mijn moeder stond uren te bakken voor de hele bubs en had er behoorlijk wat werk mee. Mijn kleine broertjes vonden het leuk al die meisjes over de vloer. Mijn oudere broers vonden het volgens mij nog leuker! ’s Avonds was het feest. Mijn broers hadden vrienden uitgenodigd en er knalde muziek van onder andere: The Rolling Stones, The Beatles en Cliff Richard uit de jukebox die mijn broer tweedehands op de kop had getikt.
Wat heb ik mooie herinneringen aan deze vakantie. En als ik mijn vriendinnen er naar vraag, zijn ze het roerend met mij eens.
Willemien