De Kremlinfluisteraar

Auteur: Guiliano da Empoli
Oorspronkelijke titel: Le mage du Kremlin
Uitgeverij: Atlas Contact, 2022
Vertaling: Hans E. van Riemsdijk

Geen feelgood, geen sprookje. Het is fictie, maar zou zomaar waar kunnen zijn. En heel veel zal ook inderdaad echt wel zo blijken te zijn, vermoed ik. Guiliano da Empoli heeft gesprekken gevoerd met Vladislav Soerkov, die daadwerkelijk jaren het brein achter Poetin was. In 2022 is hij vanwege ‘corruptie’ van het toneel verdwenen. Da Empoli heeft in deze roman Vadim Baranov – de Kermlinfluisteraar – op de persoon van Soerkov en zijn rol in het Kremlin gecreëerd.

Korte inhoud: Baranov is adviseur van Poetin. Vooral moet hij doen wat ‘de tsaar’ wil. Geweld, manipulatie en nepinformatie vormen de basis van Poetins macht. Aan Baranov de taak om de chaos te orkestreren. Zijn vorige leven als theatermaker en realityshowproducent komt hem daarbij goed van pas. Op bladzijde 67 van het boek wordt de televisie in Russische huiskamers beschreven als ‘de blauwige gloed van het verlangen’.

‘Verbluffend en huiveringwekkend’ zijn slechts enkele van de vele bijvoeglijke naamwoorden over deze roman. Bij een woord als ‘fluisteraar’ met iets ervoor, zoals bij ‘paardenfluisteraar’, denk je aan iets zachts, iets goeds, iets helends.

Maar het boek is geen sprookje, was het maar waar. Het voelt als bedreigende realiteit. De angst – als bij het engste griezelverhaal – sluipt al lezend in je. Dat wordt door Da Empoli heel kundig neergezet met een grote kennis van de geschiedenis die oude macht met de nieuwe vergelijkt. Regelmatig herken je hints naar historische feiten en personen (“O ja”, “o ja…”) en wordt toekomst een zwart gat. Bovendien toont hij met groot psychologisch inzicht hoe mensen in elkaar steken. Dat is weer te linken aan een goed acteur, die inlevingsvermogen nodig heeft om een geloofwaardig personage neer te zetten en die de werkelijkheid moet kunnen gebruiken als superieure spelvorm. Baranov weet dat en kan het.

Baranov leert van Poetin dat de mens beschermd wil worden tegen zijn angsten en daarbij (dus) een sterke leider nodig heeft, die hem dat biedt. En hij leert, dat voortdurende controle nodig is om voldoende informatie over wat er in de maatschappij leeft en wat er in hoofden van mensen omgaat, te verkrijgen. Dat gebeurt altijd en overal, ook in ‘beschaafde’ samenlevingen als de VS en Europa, reken maar. En machthebbers als Poetin wachten af. Voorvallen helpen daarbij. Wanneer de chaos groot genoeg is, komen zij aan zet. Denk aan geheimzinnige virussen, toenemende werkloosheid, gebrek aan grondstoffen, noem maar op. Op dat moment gaan mensen risico’s nemen. Het is net als in het Casino. Winnaars zijn voorzichtiger in hun keuzes, terwijl verliezers er vol voor gaan en meer en meer wagen. Dat is een gegeven van ongekend belang voor de politiek. Regel 1 bij judo is: laat de kracht van de tegenstander tegen hemzelf werken. Poetin, als beoefenaar van die sport, weet dat als geen ander. De macht wendt voor dat zij ons als Vadertje Staat wil beschermen, tot er niks meer te beschermen valt en wij onze autonomie volledig kwijt zijn.

Da Empoli schildert een wereld die op termijn overgenomen is door machines, door robots, door algoritmen die alles bepalen. Daar zit geen greintje gevoel bij. Uit a volgt b. Punt.
Als een konijn uit de hoge hoed tovert Da Empoli tot slot de dochter van Baranov op het toneel. Het meisje van vier kijkt met ogen vol verwondering de wereld in en ze ademt. De machthebbers in de roman lijken gestopt met ademen. Baranov is pas weer gaan ademhalen toen zijn dochter Anja werd geboren. De bijna twintig jaar als Kremlinfluisteraar hield hij zijn adem in, hij werd te veel in beslag genomen door de chaos die hij geacht werd te organiseren en te orkestreren.

Dit is een boek dat gelezen wil worden, omdat het in de gekozen vorm van een roman inzicht geeft in hoe macht kan werken. Er is heel veel in vakjargon over het Kremlin en het politieke bedrijf geschreven, maar deze verontrustende roman leert je daar in 254 bladzijden iets van te gaan snappen, geschreven met een scherpe en heldere pen. Geen ‘feel good’ boek dus, maar je blijft lezen.

Emmy van Haastrecht