‘Pieter! Opa Pieter!’ De kleine Thijs rent de woonkeuken binnen. Zijn enthousiast glimmende oogjes speuren vol verwachting de ruimte af. Vragend kijkt hij zijn oma aan. ‘Opa Pieter?’
‘Kom maar lieverd, opa Pieter is er niet,’ zegt zijn grootmoeder zacht. ‘Zullen we zo meteen naar opa toe gaan?’ De peuter knikt.
Een half uurtje later helpt oma Thijs uit het fietsstoeltje. De kleine man kent de weg en rent voor haar uit. Bij een hem inmiddels bekende hoop zand en een grote hoeveelheid bloemen houdt hij halt. Als oma bij hem komt, zit hij op zijn knietjes. Met zijn kleine handjes is hij bezig het zand weg te scheppen. Oma slikt haar tranen weg. Ook voor haar mag Pieter wel terugkomen.
Elli